Algemeen nieuws
Joy Moonen
Joy Moonen woog bij de geboorte ongeveer evenveel als een pak suiker en was erg spastisch. Dokters verwachtten niet dat ze het zou overleven en toen ze het wel overleefde verwachtten ze niet dat dit kind ooit een zelfstandig, volwaardig leven zou kunnen leiden. De professionals zagen alleen maar zaken die ze niet zou kunnen.
Joy Moon is nu 48 jaar en een anders werkend lijf expert zoals ze zelf zegt. Tijdens een lezing in het Martiniziekenhuis vanwege Diversityday vertelt ze enthousiast en met veel humor hoe ze deze negatieve verwachtingen aan alle kanten heeft ontkracht. “Toen ik vier was vroeg mijn vader aan de dokters of ik gevoelens had en of ik mijn ouders kon herkennen, het antwoord was ja. Hij zei toen dat hij daar van uit zou gaan, van de dingen die ik wèl kon. Dat is de rode draad in mijn leven geweest. De dokters zeiden dat mijn ouders mijn handicap moesten accepteren. Het antwoord van mijn ouders was dat een handicap niet betekende dat ik niets zou kunnen.” Wat je vooral hoort in haar verhaal is dat haar ouders haar zagen als een persoon waar je eisen aan kon stellen. “Doe niet zo gehandicapt” kreeg ze wel eens te horen. (Ze was een lastig en koppig kind vertelt ze) Dokters, revalidatieartsen konden haar bekijken als een ‘ding’ waar wat mee was.
En zo kreeg ze spraakles, ging naar de LAVO ( lager algemeen voorgezet onderwijs) en was eigenwijs en drammerig genoeg om het voor elkaar te krijgen examen te doen op HAVO niveau. Want hoewel ze blijkbaar weinig van haar verwachtten qua schoolprestaties had zij stiekem uit de boeken van haar broer geleerd. Woonde een tijdje op Het Dorp voor ze zelfstandig ging woonde. Trouwde en kreeg een kind.
Omdat ze begreep dat werken voor een baas niet lonend zou zijn besloot ze zelfstandige te worden. Ook hier weer ging ze uit van de dingen waar ze goed in was. “Ik kan goed praten” en ze gebruikte Emiel Ratelband als rolmodel. Inmiddels geeft ze via haar Stichting Empowermij lezingen, adviseert bedrijven en organisaties over inclusie en schrijft boeken.
De zaal luistert geboeid naar haar verhaal, soms wordt er gelachen want Joy heeft zelfspot. Ze is ook haarscherp. “De wereld is hard, en je zult het zelf moeten doen. Ja, soms discrimineren mensen, denken ze dat je ook verstandelijk beperkt bent of zijn WC’s onbegaanbaar voor elektrische rolstoelen. Mensen met een ‘normaal’ werkend lichaam hebben helemaal geen idee.”
Voor Joy gaat het om vragen als: Wie ben je?Wat wil je? en zegt ze “Je mag zijn wie je bent.” Zij heeft van haar onmacht haar kracht gemaakt: “Er is altijd ergens een stukje waar je wel iets mee kan”.
Voor de zaal heeft ze het advies: “Check je oordelen over een ander, kijk of het klopt wat je over die ander denkt. Dat geldt niet alleen voor de ontmoeting met mensen met een ander werkend lichaam, het is belangrijk dit te doen bij iedereen die ook maar een beetje anders in dan jijzelf.“
De lezing van Joy Moonen werd georganiseerd door Noorderlink in samenwerking met Stedelijk Netwerk Diversiteit.
op de foto Joy Moonen met vooraan in de rolstoel Johan Weishaupt van het Stedelijk netwerk